Download hier een pdf met alle lessen!
Sorteren op
Bekijk les
Het kan spannend zijn om aan iemand te vertellen hoe je je voelt of wat je meemaakt, maar het is juist waardevol. Uit onderzoek blijkt dat je je beter voelt en minder alleen bent wanneer je je gevoelens deelt. Anderen kunnen je dan steunen en begrijpen, wat een groot verschil kan maken.
Opdracht:
De leerlingen werken in tweetallen en beantwoorden vragen over hun gevoelens. Ze beginnen met het opschrijven van antwoorden op een werkblad. Daarna bespreken ze deze om beurten met hun partner. Tijdens het gesprek reageren ze op elkaar door begrip te tonen en door te vragen.
Leerdoelen:
Bekijk les
In een fijne klas voelt iedereen zich welkom en gerespecteerd. Maar wat maakt iemand eigenlijk een fijne klasgenoot? En welk gedrag zorgt ervoor dat iedereen zich welkom voelt in de klas? In deze les onderzoeken de leerlingen wat voor hun klas het antwoord is op deze twee vragen.
Opdracht:
In groepjes van vier bespreken de leerlingen wat ze belangrijk vinden in de omgang met hun klasgenoten. Ze maken een lijst van welk gedrag wel en niet past in de klas, en welke eigenschappen een fijne klasgenoot heeft. De uitkomsten worden klassikaal besproken, waarna de klas gezamenlijk 10 afspraken maken over hoe ze met elkaar omgaan.
Leerdoelen:
Bekijk les
In deze les leren de leerlingen elkaar beter kennen door overeenkomsten met elkaar te zoeken. Op deze manier hebben ze wellicht een onderwerp of aanleiding om (vaker) met elkaar in gesprek te gaan.
Opdracht:
Leerlingen gaan in gesprek en zoeken zoveel mogelijk overeenkomsten tussen elkaar. Na 2 minuten wisselen ze van partner.
Leerdoelen:
Bekijk les
Deze les gaat over het verschil tussen plagen en pesten. Plagen is grappig voor beide partijen en stopt als iemand het niet leuk vindt. Pesten is herhaald negatief gedrag, vaak door meerdere mensen tegen één persoon. Door dit verschil te begrijpen, worden leerlingen zich bewust van hun gedrag en draagt deze les bij aan een veilige en fijne schoolomgeving.
Opdracht:
In groepen van vier bespreken leerlingen verschillende scenario’s: wordt er hier gepest of geplaagd? Naderhand is er een klassikale bespreking over de bevindingen.
Extra werkvorm: zet de video stil op 0:42 en vraag de leerlingen of zij het verschil zien. Ga hier met elkaar over in gesprek alvorens je de rest van de video laat zien.
Leerdoelen:
Bekijk les
Samenwerken is een belangrijke vaardigheid om te ontwikkelen voor later. Leerlingen moeten zowel met bekende als onbekende mensen kunnen samenwerken. In deze les leren leerlingen het belang van samenwerken en het vormen van groepjes.
Opdracht:
De leerlingen doen een samenwerkingsopdracht. Ze moeten een tweetal vormen met een klasgenoot met wie ze niet vaak samenwerken. In tweetallen tekenen de leerlingen een willekeurig dier door samen één stift vast te pakken. Ze mogen geen van beiden de stift loslaten en de stift mag niet van het papier komen. Deze oefening wordt een aantal keer gedaan waarbij leerlingen telkens een nieuwe partner zoeken.
Leerdoelen:
Bekijk les
Buitensluiten kan veel verdriet brengen bij leerlingen. Gelukkig wordt er niet altijd met slechte intentie iemand buiten gesloten en is er vaak wel een oplossing te vinden. Hoe kan je ervoor zorgen dat meer mensen zich welkom voelen in de klas en hoe kan je buitensluiten aankaarten als het dan toch gebeurt?
Opdracht:
In deze les bespreken leerlingen aan de hand van verschillende scenario’s hoe zij in die scenario’s buitensluiten zouden aankaarten, hoe het voorkomen kon worden en hoe zij zich in die situatie zouden voelen.
Leerdoelen:
Bekijk les
Deze les is ontwikkeld na veel vraag naar een les over meidenvenijn. Echter noemen we het meeloopgedrag, omdat het woord meidenvenijn een verkeerde reactie kan oproepen uit de klas. Meidenvenijn is een heel specifiek geval van pesterij dat ontstaat door meeloopgedrag. Meidenvenijn zorgt voor een verstoorde dynamiek in de klas en kan een onveilige omgeving creëren voor leerlingen. In deze les leren de leerlingen over meeloopgedrag, hoe je deze specifieke vorm ervan kunt herkennen en krijgen de leerlingen tips hoe ze ermee om kunnen gaan.
Opdracht:
Aan het eind van de les schrijven leerlingen tips op om meeloopgedrag te voorkomen. Deze hangen ze vervolgens op in het lokaal.
Leerdoelen:
Bekijk les
In Nederland wonen veel mensen met een andere afkomst, onder wie ook medeleerlingen en docenten. Deze les leert leerlingen wat culturele diversiteit is en hoe om te gaan met deze culturele verschillen.
Opdracht:
De leerlingen maken voor zichzelf een mindmap met wat binnen hun cultuur belangrijk voor hen is.
Leerdoelen:
Bekijk les
Iedereen roddelt, want we praten allemaal wel eens over iemand die niet bij het gesprek aanwezig is. Roddelen is menselijk, dus zeggen dat het niet mag heeft geen zin. In plaats daarvan is het belangrijk om te weten waarom we roddelen en hoe je kunt voorkomen dat je met jouw roddels anderen kwaad doet of kwetst. In de kern van het verhaal krijgen de leerlingen het volgende mee: vertel de waarheid en roddel alleen als je daarmee iemand kunt helpen.
Opdracht:
Omdat iedereen wel ervaring heeft met roddelen, gaan leerlingen klassikaal het gesprek aan over roddelen.
Leerdoelen:
Bekijk les
De één vindt het fantastisch om nieuwe mensen te leren kennen. Een ander krijgt bij het idee al klotsende oksels. Maar het leren kennen van nieuwe mensen heeft veel voordelen.
Opdracht:
In deze les zetten de leerlingen elkaars verjaardagen in de agenda. Dit doen ze door zelfstandig iedereen in de klas een keer aan te spreken en te vragen naar hun verjaardag. Zo spreken ze wellicht nieuwe mensen en kunnen ze elkaar feliciteren als ze jarig zijn.
Leerdoelen:
Deze les is gemaakt in samenwerking met:
Mijn Planagenda®, Mers Bos (2023)
Bekijk les
Deze les gaat over timing. Laten leerlingen zich beïnvloeden door wat anderen doen of houden ze vast aan hun eigen gevoel? De klas gaat in gesprek over groepsdruk aan de hand van de nabesprekingsvragen.
Opdracht:
Alle leerlingen gaan staan en gaan pas zitten als ze denken dat er precies één minuut voorbij is.
Leerdoelen:
Bekijk les
Conflict, botsing, strijd, iedereen heeft er wel eens mee te maken. Maar hoe ga je hier goed mee om? In deze les leren de leerlingen de vijf strategieën van conflicthantering.
Opdracht:
In tweetallen bepalen leerlingen voor verschillende gegeven situaties de beste strategie.
Leerdoelen:
Bekijk les
Een grapje maken is leuk en lachen is gezond, maar niet iedereen heeft hetzelfde gevoel voor humor. Soms kan een grapje daardoor verkeerd vallen. Tijdens deze training leren de leerlingen dat een grap nooit mag worden gebruikt als excuus om iets lelijks te zeggen en hoe je ermee omgaat als een goedbedoelde grap toch niet door iedereen leuk wordt gevonden.
Opdracht:
Voor deze opdracht houden de leerlingen een wedstrijdje wie de klas het hardst kan laten lachen. Wat vindt iedereen grappig?
Leerdoelen:
Bekijk les
Het is tijd om alles even lekker los te schudden! Door middel van muziek stappen leerlingen in deze les uit hun comfortzone. Als docent kun je ook meedoen en de leerlingen aanmoedigen om een dansje te wagen.
Opdracht:
Tijdens deze les staat de hele klas in een kring en speelt er muziek. Om de beurt stapt er iemand de cirkel in en doet een dansje. Deze moet anders zijn dan wat er al is gedaan. De rest van de klas doet het dansje na.
Leerdoelen:
Bekijk les
Goed doen voor een ander zonder iets terug te verwachten kan een grote impact hebben, zowel op de ander als op jezelf. Het zijn vaak kleine gebaren, zoals een glimlach of een helpende hand, die zorgen voor een positieve sfeer en sterkere relaties.
Opdracht:
Tijdens deze les maken leerlingen in groepen van vier een lijst met 10 manieren om iets goeds te doen voor een ander. Het doel is dat ze ervaren hoe eenvoudig het kan zijn om iemand anders blij te maken.
Leerdoelen:
Bekijk les
Tijdens deze les leren de leerlingen wat ruis is, hoe het ontstaat en dat het voor miscommunicaties kan zorgen.
Opdracht:
De leerlingen spelen het doorfluisterspel. Ze fluisteren een zin door van leerling naar leerling en zien daardoor het effect van ruis.
Leerdoelen:
Bekijk les
Even de hersenen kraken met een leuk raadsel. De leerlingen werken aan hun oplossingsvermogen door samen op zoek te gaan naar het antwoord in het raadsel over de opa in de lift.
Opdracht:
De leerlingen mogen om de beurt enkel gesloten vragen stellen aan de docent om een raadsel op te lossen.
Leerdoelen:
Copyright © 2024 WellBased B.V. - Alle rechten voorbehouden | Algemene voorwaarden en privacyverklaring
Bekijk les
Cyberpesten
Bekijk les